Netspel dubbel
Nu vele nieuwjaarsresoluties bij velen al enige scheuren beginnen te vertonen, leek het me een leuk idee om binnen het badminton de draad weer op te pakken en onze energie te stoppen in onze prachtige sport.
Jij het nieuws, wij een tikkie!
Afgelopen jaar heb ik onder andere geschreven over dubbelposities op basisniveau, "but now for something completely different" maar niet geheel, het is immer dubbelspel, maar nu specifieke nettechniek. Ik hoop dat voor vele Nederlandse dubbelspelers een en ander gesneden koek is.
De natuur van de shuttle is zeer specifiek en geeft ons vele mogelijkheden deze te raken, onderop de kurk, zijdelings, met of zonder de veren, en ook de rotatie waarmee we de shuttle raken zal invloed hebben op de vlucht. Om een technisch artikel enigszins leesbaar te houden, is het mij vrijwel onmogelijk om op alle details en variaties in te gaan, maar hopelijk zal het voor velen inspiratie bieden om meer dingen te gaan proberen en hun netspel in de dubbel te verbeteren.
In het dubbelspel kennen de meeste lezers de geslagen slagen (korte impact, kort geluid) en de geduwde slagen (langere impact, meer controle, iets langer geluid) aan het net kennen de meesten wel, maar ik wil het hier graag meer hebben over de slagen met een vorm van spin in de slag en de opties om, wat Ron Daniëls op deze site reeds de "one inch punch" heeft genoemd, te gebruiken als verlenging van deze slagen in sommige gevallen. Dit is allemaal vrij specifieke techniek, maar persoonlijk ben ik er een groot voorstander van om al deze dingen ook met jonge kinderen te doen en eigenlijk op ieder niveau, het vergroot de capaciteit met het racket en automatisch helpt het om andere technieken beter uit te voeren.
Ruwweg ga ik het hebben over 4 technieken:
- 1) Underspin
- 2) Topspin
- 3) Sidepin
- 4) One inch punch variant
De namen zijn enigszins fictief en u zult ze niet op Wikipedia aantreffen, maar ze dekken de lading goed af.
Vele slagen zullen echter een combinatie hiervan hebben. De moderne communicatiemiddelen geven mij de mogelijkheid aan de hand van voorbeelden op topniveau een precies referentiepunt te geven, zodat via Youtube of andere sites een en ander bekeken kan worden ter illustratie.
Ad 1
De eerste slag wordt in de dubbels erg vaak gebruikt als returnslag op de korte service. Roel van Heuckelom heeft in 2011 enkele uitstekende stukken geschreven op deze site, waaronder één over de service in het dubbelspel. Hij geeft enkele uitstekende suggesties om meer uit de servicesituatie te halen. Maar op de standaard korte service in het dubbel worden op topniveau voornamelijk 4 verschillende returns gebruikt (in de finale van de Asia Cup 2010 tussen Koo/Tan en Kido/Setiawan een wedstrijd die ik hier verschillende malen ga aanhalen, is meer dan 90% in deze 4 categorieën in te delen):
- 1) return op de serveerder, vaak met underspin
- 2) return op de partner van de serveerder, vaak met one inch punch of topspin
- 3) rechte return half veld in de tramrails, met alle varianten geslagen, maar vaak met topspin
- 4) return vlak in de hoeken van het achterveld (meer in damesdubbel dan in herendubbel)
Er zal bijvoorbeeld zelden naar de hoeken van het net gespeeld worden, maar mits met sidespin of veel underspin is het zeker mogelijk en enkele koppels experimenteren met deze returns, ze brengen echter iets meer risico mee. Hierover later iets meer.
De rechte return kort op de serveerder, zoals we bijvoorbeeld op 12-11 in de tweede set in de eerder aangehaalde wedstrijd kunnen zien (en vele andere malen), speelt Tan een iets ondergesneden return rechtdoor, op een eveneens licht ondergesneden service van Markus Kido. De return blijft iets te kort waardoor Kido de shuttle ver voor zich kan nemen en met veel onderspin kan duwen richting het net. In de single worden de shuttles traditioneel vaak met het racketblad onder de hand geraakt bij spinslagen, waardoor ze ietwat omhoog gaan, in de dubbel wordt dit zelden gedaan omdat er simpelweg de ruimte niet is aan het net en het dus te riskant wordt, zeker op topniveau waar de spelers een en ander gelijk zien en er al op anticiperen. De shuttle moet richting de netband geslagen worden met een vorm van spin, dit zal helpen de shuttle minder makkelijk te bespelbaar te maken en ervoor zorgen dat deze na de netband gelijk zal dalen, waardoor de tegenstander gedwongen wordt de shuttle tenminste weer iets omhoog te spelen. Hier begint het spel van schaken, uitdagen en het lezen.
Op het einde van de eerder aangehaalde rally trouwens een mooi voorbeeld van het met de hand meeverdedigen van Tan, en Markus Kido die voordat de shuttle geraakt wordt al op weg is naar deze shuttle. Ron Daniëls heeft het hier al geregeld over gehad, dus voor de verstokten onder de lezers, nu een praktiijk voorbeeld, op 12-11 in de tweede set houdt de rally zo op.
Hoe wordt nu de underspin slag uitgevoerd?
We beginnen met de backhandslag: met de grip kan gespeeld worden tussen backhandgrip en een meer richting klassieke shakehands grip, het zal ook van de positie van de shuttle afhangen (enkel op topniveau zullen ze vrijwel alle mogelijkheden kunnen uitvoeren met een enkele grip in deze positie, maar dat is een ander onderwerp) idealerwijs zal de duim echter iets bovenop de grip komen, op één van de kleinere 4 vlakken die onze grip heeft. Het blad zal zich indien mogelijk boven de hand bevinden om vervolgens met het uitstrekken van de arm richting de shuttle (dit geeft de voorwaartse beweging in de shuttle), richting het einde van deze strekbeweging, op het moment dat er contact gemaakt wordt met de shuttle, naar voren en beneden worden bewogen met een hoek in het racketblad van ongeveer 45 graden, dit kan sterk verschillen naar gelang de hoogte waarop de shuttle geslagen wordt. Indien dit meer op nethoogte is, zal het blad veel vlakker zijn. Vaak wordt het racketblad ook iets naar voren bewogen ten opzichte van de hand, waardoor de shuttle onder en aan de zijkant van de dop geraakt wordt, waardoor er meer spin in de shuttle komt en deze ook ietsjes cross vertrekt, waardoor we de shuttle dus van naast ons naar het midden van het net kunnen spelen, op het lichaam of op de voeten van de netspeler.
Deze slag wordt veel gespeeld als men het racket al in een hoge beginpositie heeft zoals bijvoorbeeld bij de servicereturn of als de voorspeler het racket hoog heeft om een snelle slag te onderschappen en deze toch bij het net gespeeld wordt. Uit deze laatste positie (vaak met het racket hoog naast zich), zal het naar voren en naar beneden bewegen natuurlijk zijn, wat biomechanisch gezien de slag makkelijker maakt. Op lager niveau kan deze slag het probleem meebrengen dat het racketherstel erg laag gaat zijn, omdat de beweging te lang wordt, in plaats van compact en precies. In mijn mening is het beter te vermijden dat tijdens het snijden van de slag het blad onder het niveau van de hand komt, dit zal vaak een hogere curve tot gevolg hebben, maar is in de single soms een optie.
Voor velen zal deze slag makkelijker zijn op enige afstand van de netband, omdat het racketblad naar voren en beneden beweegt is het erg dicht bij het net zeer riskant vanwege een mogelijke netfout. Deze slag is goed te doen vanaf de serveerlijn tot ongeveer 30-20 cm vanaf het net.
Voor velen zal de forehand versie van deze slag iets lastiger zijn, maar in de wedstrijd waar we het hier over hebben, zien we Markus Kido deze variant zeer vaak gebruiken en met name vanaf rechts de shuttle inspelen op het omslagpunt tussen FH en BH van de serveerder (voorbeeld 9-6 tweede set), waardoor deze niet in een ideale positie zit en vaak moet kiezen voor de lift. En ieder koppel in de herendubbel zoekt naar de eigen aanval, of een slechte aanval van de tegenstander.
Ook de return half court langs de lijn (de klassieke mixreturn) kan met onderspin geslagen worden, dit zal echter met een snellere onderarm/polsbeweging moeten gebeuren en met het blad iets voor de hand om voldoende snelheid en richting in deze slag te krijgen.
Wanneer de ondergesneden slag verder van het net wordt gespeeld neemt het risico toe in de dubbels. Enkele punten eerder op 11-9 in de tweede set, is een uitstekend voorbeeld, met slow motion van zowel de ondergesneden slag (men ziet de shuttle draaien) alsook de tweede slag waar we het over gaan hebben, de topspin slag. De rally begint al met een geslaagde ondergesneden return op de serveerder, waarna een hoge lift volgt.
Op een gegeven moment speelt Kido (de kleine geblokte in het blauw) een ondergesneden smashreturn rechtdoor, een counterslag, waarmee hij het initiatief terughaald. Maar het onderwerp was netslagen, over de halfcourt slagen in een dubbel is eveneens erg veel te schrijven. Er volgt een smash en een korte slag, waarna Koo een ondergesneden backhand gebruikt aan het net en Setiawan deze shuttle (in de 30 cm) bij het net, met een omhooggaande zijwaartse beweging neemt. Dit heeft tot gevolgt dat hij de shuttle aan de zijkant van de dop raakt en dus cross terugspeelt, daar waar het racket niet meer was van Koo en tevens een soort van topspin geeft waardoor de shuttle vrijwel gelijk na het net naar beneden beweegt, maar veel verder in het veld dan de ondergesneden beweging.
Ad 2
En zo komen we bij de tweede en eigenlijk ook al derde slag uit. De topspin beweging. Zoals goed in het bovenstaande voorbeeld te zien is, is de beginpositie vaak vrij laag en beweegt het racket omhoog, maar ook op de servicereturns is het zeker mogelijk, maar zal het blad meer over de shuttle heen heen vegen, vooral de half court return rechtdoor is zeer goed mogelijk op deze manier. In deze wedstrijd kunnen we vooral Setiawan zien die deze return prachtig uitvoert. De topspin beweging is ook goed mogelijk vanaf onder de netband, als het racketblad iets boven de hand is en deze op het moment dat het blad (vaak 90 graden of meer ten opzichte van de vloer) de dop raakt, naar boven beweegt. De snaren “grijpen” de shuttle aan en tillen deze omhoog en naar voren, waardoor het goed mogelijk is naar de netband te spelen en deze te raken.
De werkelijke topspin wordt eigenlijk vooral direct voor ons gebruikt en bij de return waarbij de dop zelfs aan de bovenkant geraakt wordt (terwijl deze nagenoeg parallel aan de vloer vliegt) en het racket ver naar voren door beweegt, waardoor de shuttle snel en naar beneden beweegt (ideaal voor de returns 3 en 4, maar ook mogelijk bij 2). In de vierde slag gaan we nog op de topspin terugkomen. Hier is op de backhand een echte backhandgrip met duim nodig en op de forehand helpt het om het racket 30 graden richting de matteklopper grip te draaien uit de shakehandsgrip.
Een oefening om deze slag mee uit te proberen is om de trainingspartner op de serveerlijn te zetten en deze de shuttle naar de netband te laten spelen en vervolgens de shuttle te retourneren op zijn voeten. Vervolgens zal een en ander uitgebouwd dienen te worden.
Ad 3
Eigenlijk al aangehaald in de varianten hiervoor waardoor er richting gegevan kan worden aan ondergesnedenslagen of topspin slagen. Een belangrijk kenmerk hiervan was dat de shuttle vaak aan de zijkant geraakt wordt. Er is echter een tweede soort sidespin slagen in de dubbels mogelijk, zeker ook in de mix voor de dame.
Hoe wordt deze slag uitgevoerd?
Het racketblad zal altijd boven onze speelhand dienen te zijn. De grip is persoonlijk maar moet ons in staat stellen om het blad vlak te hebben, dus verticaal ten opzichte van de vloer, wederom afhankelijk van hoe hoog we de shuttle kunnen raken).
Van onder de netband met een beweging die zowel van onder naar boven als met 90 graden ten opzichte van de shuttle wordt uitgevoerd. Iets praktischer: er komt een shuttle bijvoorbeeld vanaf het centrum van het net richting een zijkant, netspeler/speelster zal diens racket richting de shuttle bewegen en op zo’n manier dat deze als het ware de weg afsnijdt, dus naar voren en zijdelings (veel gemaakte fout is om enkel zijdelings te bewegen en de shuttle zo te ver van ons vandaan en naast en niet voor ons te krijgen, erg voorspelbaar voor de tegenstander omdat wijzelf bijna geen mogelijkheden meer hebben, bovendien kost het meer tijd en ruimte).
Door naar voren en zijwaarts te bewegen zal ons racketblad op ongeveer 45 graden t.o.v. het net zijn en hierdoor ongeveer 90 graden op de shuttledop, zoals bij voluit geslagen slagen. Het verschil is echter dat op het moment van het aanraken van de dop, het blad niet door de shuttle beweegt maar diens weg vervolgt, namelijk voorwaarts en omhoog, hierdoor zullen de snaren langs de dop shuiven en zal de shuttle zijwaarts draaien en iets omhoog richting de netband en is het niet moeilijk de netband te raken en de shuttle te laten passeren. De shuttle zal ook om zijn as bewegen terwijl deze vrijwel parallel is aan de vloer, zodat het erg moelijk is deze goed te raken, iets hierna zal de punt ook weer naar beneden dalen (zwaartekracht, die eerst door de zijwaartste kracht was "uitgeschakeld", waardoor bij een goede uitvoering een erg lastige tollende beweging op de tegenstander afkomt.
In mijn mening is het handig om de shuttle hoog in het blad te raken en vervolgens dus richting het T-stuk te bewegen. Het te laag namen zal ervoor zorgen dat de shuttle uit de snaren vertrekt te dicht bij het T-stuk. Dit brengt afstandsverlies met zich mee (tijd en ruimte) en bij slagen zeer dicht bij het net, de kans op een netfout doen toenemen. De opwaartste beweging van het racket zal ervoor zorgen dat na de impact het blad boven de netband uitkomt, klaar om eventueel hierna gelijk naar beneden te bewegen voor een kill of onderscheppen. Indien mogelijk is het handiger op de 45 graden lijn voort te bewegen, in plaats van wat men vaak ziet dat het racket afbuigt met het net, dit kan in de single zeker, maar in de dubbel is het vaak niet handig en nodig. Bovendien zal het met de zijspin mogelijk zijn de shuttle ook ietwat terug te spelen op het lichaam van de andere netspeler. In sommige gevallen zullen we het racket laag hebben bij het net, een shuttle krijgen richting de netband (zie het voorbeeld van Setiawan) en zeker op iets lager dan elite niveau is het mogelijk de shuttle via een sidespin beweging ook echt af te maken door het gebruik van een soort van one inch punch.
In de dubbel kan deze sidespin ook gebruikt worden in returns, zeker wanneer de shuttle naar het centrum gespeeld wordt. Bijvoorbeeld vanaf rechts kunnen we de shuttle zo als het waren snijden en kort en naar buiten spelen, zonder dat er een echte opwaartse curve inzit, bovendien beweegt ons racket snel riching de forehandkant van de tegenstander, waardoor de korte slag op diens backhand als een verassing zal komen. Hetzelfde is mogelijk vanaf de andere zijde, maar lastiger.
Ad 4
Deze beweging bestaat uit het naar boven bewegen van het racket zoals onder 3 is beschreven.
In mijn optiek kunnen we de one inch punch (zie eerdere artikelen op deze site) op ruwweg 3 manieren uitvoeren:
- A) Erg van onder de hand, dus met een blad beweging eerst omhoog en vervolgens een terugslag naar beneden.
- B) Op vrijwel gelijke hoogte aan de hand (er zijn video’s hiervan te vinden via Ron’s trainingen) waarij de beweging eerst voorwaarst is en dan de terugslag achteruit.
- C) Hetgeen we in de dubbel proberen is de aanvankelijke beweging zeer kort neerwaarts te krijgen met een teruslag omhoog om de netfout te voorkomen en toch voldoende hoek naar beneden te krijgen.
De aanvang van de beweging is dus zoals onder ad 3, naar boven, 45 graden ten opzichte van het net, met het blad boven de hand. De speler zal echter zien dat de shuttle bij de netband genomen kan worden, op het laatste zal hij zijn onderarm zeer kort en snel suponeren of proneren (afhankelijk van de FH of BH) terwijl de elleboog nog speling heeft (dus niet 100% gestrekt, wel bijna), dit zal ervoor zorgen dat bijvoorbeeld bij een supinatie op de BH kant, het blad ietwat naar beneden zal wijzen, op dit moment zal er een korte zweepslag beweging mogelijk zijn (het als het ware terugtrekken van het racket, waardoor de hand een fractie naar boven beweegt terwijl het blad nog acherblijft en contact maakt met de shuttle.) Deze supinatie dient zo uitgevoerd te worden dat het blad steeds ver voor onze hand blijft, dit geeft de mogelijkheid om de hoek naar beneden te krijgen en dus de shuttle te killen, terwijl bij een vrijwel gelijke hoogt dit erg lastig wordt. De beweging na de impact is het vervolg van de iets daarvoor ingezette terugtrek beweging maar voorwaarts. De arm wordt is tijdens deze beweging volledig gestrekt en de beweging die voorwaarts was, is voorwaarts doorgetrokken, dit zal resulteren in een blad dat de netrand passeert en ietwat topspin aan de shuttle geeft. Dit is geen fout in de regels. Het kan echter voorkomen dat we de shuttle boven de netrand raken, maar dat is nu eenmaal altijd het risico met de killslagen bij de netband. De beweging omhoog zal een netfout door het raken van het net, vrijwel onmogelijk maken, en aangezien het een zeer snelle felle beweging betreft, erg lastig voor een scheidsrechter te beoordelen.
Persoonlijk heb ik liever geen wegtrekbeweging zijwaarts en naar achteren, dit zal neerwaartse beweging kosten en de shuttle vaak te vlak maken, bovendien wordt de richting minder gecontroleerd en bestaat er meer kans op een netfout. Maar indien we onze arm moeten strekken omdat de situatie daarom vraagt is ook dit een optie.
Let wel, we hebben het hier over een zeer snelle, kleine beweging die aan het racketblad een hoge versnelling geeft waardoor de shuttle snel naar beneden gaat, maar natuurlijk niet zo hard als bij een volle smashkill vanaf het net.
Is dit moeilijk? Wellicht, al zijn de spelers waarmee we het hier mee proberen allen in staat en we hebben het over Italie... Goed uitgevoerd zal deze slag die vanaf beneden begint een verrassingseffect hebben op dezelfde manier waarbij we met het racket hoog een harde slag naar beneden verwachten en dus een gestopte slag verassend is, wordt hier vaak een zachtere slag naar het net, of zelfs een lift verwacht, een slag naar beneden is dan niet waar de tegenstander op anticipeert.
Last but not least, maar om het artikel niet nog langer te maken hier niet behandeld, zijn er nog allerlei schijnbewegingen aan het net, zowel met het lichaam, als met het racket. Maar daar zijn nog vele artikelen over vol te schrijven, maar als de lezer de tijd neemt om de bovengenoemde wedstrijd te bekijken of een wedstrijd van ex-topper Jens Eriksen, en u zult zien dat alle spelers maar vooral Hendra Setiawan, allerlei vormen van schijn en nettechniek gebruikt om de controle te houden en initiatief te verwerven. Het mooie van spelers als Setiawan en Eriksen is dat ze deze schijnslagen ook op enorme snelheid en onder grote druk kunnen uitvoeren. Virtuoos noemen we dit, maar behalve een dosis talent is het toch vooral een kwestie van techniek, trainen, (coördinatie), balans (core stability) en rust in het hoofd (goed kunnen multitasken, dus om een vergelijking te maken met een computer, vele processen zoals voetenwerk, omgeving, stress, vermoeidheid, rally, tactiek, enz enz kunnen draaien op een laag CPU-gebruik, waardoor het hoofd vrij blijft om deze slagen ook onder moeilijke omstandigheden te kunnen uitvoeren en te blijven denken). Vele spelers doen prachtige dingen in een training, leuk, maar degene die de finale van de Asian Games hiermee kunnen beslissen zoals Setiawan zijn kampioenen (de Asian Games zijn het meest prestigieus na de OS voor Aziaten).
Tot zover enkele slagen aan het net in de dubbelspelen die op eliteniveau gebruikt worden, maar nuttig kunnen zijn voor iedereen. In het kort, een underspin slag begint vaak met het blad hoog, en eindigt met het blad lager. De beginpositie van het racket bij de topspin en zijspin is vaak lager, en vooral eindigt hoger wat het naar beneden slaan na een dergelijke slag ietwat vergemakkelijkt.
Voor de echte liefhebber, ga een dagje achter internet zitten en u zult in de herendubbel veel verschillende speelstijlen tegenkomen, van de erg op techniek gebasseerde Indonesiërs, op de zeer tactische denen, tot de Koreaanse powerhouses op snelheid en de Chinese samenvoeging van twee toptalenten in een dubbel, tot de Maleisische extravagante, mentale wrakken, allemaal gebruiken ze deze slagen in meer of mindere mate aan het net.
Henri Vervoort
Op dit artikel berust auteursrecht: neem de tekst en afbeeldingen niet over zonder schriftelijke toestemming van badmintonline.nl. Een weblink of QR-code naar dit artikel plaatsen op de website of in het clubblad van je badmintonclub mag natuurlijk wel.
QR-code voor dit artikel
Smashing vecht voor elk punt tegen nummer drie DKC
De spelers van Smashing namen het op tegen DKC. Ze mochten afreizen naar Den Haag om het op te nemen tegen de nummer drie in de…
11 november 2024
DKC pakt thuis zes punten tegen Smashing
Zaterdagavond 9 november speelde DKC thuis tegen Smashing. Bij de line-up werd duidelijk dat DKC over de vaste dames kon…
11 november 2024
Smashing pakt na een felle strijd twee punten tegen Duinwijck
Afgelopen zaterdag speelde Smashing voor een volle zaal tegen meervoudig landskampioen Duinwijck. De herendubbel van Duinwijck…
4 november 2024
DKC scoort in Wateringen
Zaterdag was het tijd voor de clash tussen de badmintonners van VELO in Wateringen en DKC. Bij de line-up viel op dat DKC kon…
4 november 2024
Meer artikelen over technisch stuk
- Viktor Axelsen speelt in de plus en wordt Olympisch Kampioen - Bart Jan Botterman
- Tactiek en techniek gaan hand in hand - Roy Mulder
- Voetenwerk bij badminton in een notendop - Ron Daniëls
- What is the optimal preparation before playing a badminton stroke? - Ron Daniëls
- Het hebben van de service is lang niet altijd een voordeel - Ron Daniëls