Een trainerssite heeft weinig zin

Ken je BC Upsilon al?

Het is een klein beetje terug in de tijd grijpen naar iets wat nooit succes heeft gehad. Voor het internet groot werd had je Lars Tindholdt die regelmatig ringband verzamelblaadjes uitgaf in Denemarken (in het Deens natuurlijk). Het heeft een paar jaar bestaan en is toen ter ziele gegaan, daarna is het weer aangeboden door hoe kan het anders weer een aantal Deense trainers en die hebben het concept aan andere landen aangeboden. Joris van Soerland is er mee bezig geweest en heeft het er toen ook met mij over gehad. Het kwam ook niet van de grond net zo goed als een nieuwe site geen succes zal hebben.

Op de eerste plaats zullen de stukken van zeer goede kwaliteit moeten zijn als je er ook nog voor moet betalen, zulke stukken kan ik me alleen maar voorstellen van Deense of Duitse hand, met alle respect voor Nederlandse trainers maar ze lopen zo verschrikkelijk achter dat het geen nut heeft daar over te schrijven.

Zelf heb ik zo'n 500 pagina's geschreven over badminton, de helft daarvan is zo'n 3 jaar oud, op zich misschien nog goed bruikbaar op een gemiddelde club training maar niet iets waar ik geld voor zou willen vragen of een boek over zou willen uitgeven. Wat is er mis met zulke stukken zou je jezelf kunnen afvragen. Voor mij is het heel makkelijk te beantwoorden: het is oude vaak achterhaalde koek. Het zijn dingen die een aantal jaar door een trainer zijn gedaan in zijn trainingen, toen opgeschreven en vervolgens uitgegeven of op het internet gezet.

Omdat het op papier staat heeft het een soort van waarheid en leidt het tot zeer hardnekkige gedachten over sport die er maar moeilijk uit te krijgen zijn. Neem het voorbeeld dat je niet mag zwemmen na het eten. Ik heb nog nooit gehoord dat er een passagiersschip is gezonken en dat alleen de mensen die in de eetzaal waren op het moment van het zinken zijn verdronken. Zo heb ik ook de meest achterlijke dingen gehoord over badminton: van voetenwerk tot badminton speel je met je pols en je heb een verkeerde grip.

Ik heb nooit een stuk geschreven waarvan ik dacht daar zou ik geld voor moeten vragen en als ik het wel deed dan heb ik gevraagd het naar een goed doel over te maken. De stukken die ik schrijf zijn vrij verkrijgbaar op het internet en iedereen mag er het zijne mee doen. Het was op het moment dat ik het schreef het beste wat ik op dat moment wist. Onze bondscoach Gerben heeft het over de absolute waarheid van Ron Daniëls (negatief bedoeld). Niets is minder waar ik ben helemaal geen voorstander van deze vorm van absolutisme maar juist een voorstander van een dynamische ontwikkeling binnen onze sport. Er zijn helaas maar zeer weinig trainers die daar net zo over denken in Nederland en diegenen die dat wel doen zitten niet bij Badminton Nederland. Daar is delen van kennis een plaats ver weg in Rusland. Het zou een taak van de bondscoach en de technische staf moeten zijn een denktank te vormen voor het delen van technische informatie en het verspreiden van de kennis over onze sport.

Goede voorbeelden zijn er ook. Henri in Italië en Roel in België schrijven stukken die de moeite waard zijn om te lezen en waar trainers hun voordeel mee kunnen doen. Verder zie je bijna niets in het Nederlands. Kennis zal je dus moeten verkrijgen door het Deense materiaal te lezen en voor die mensen die deze taal niet kunnen lezen (het is vrij eenvoudig te lezen trouwens voor Nederlanders, spreken is iets anders) die kunnen ook vrij veel vinden in het Duits want dat land heeft wel hard aan de weg getimmerd de laatste jaren.

Als er een discussie moet komen op de sites in Nederland dan zal de bond als geen ander het voortouw moeten nemen en niet elke positie van anders denkenden als AIDS besmette te behandelen. De informatie moet vrij zijn van enige kosten en de schrijvers moeten niet bang zijn fouten te maken. De trainers in Nederland zijn een groot leger van zeer onzekere mensen ingegeven en in stand gehouden door onze eigen bond en de technische staf.

Roel van Heukelom geeft over enige tijd in België een bijscholing voor clubtrainers. Dat is zeker een aanrader, ook voor Nederlandse clubtrainers. Zijn contactgegevens zijn op te vragen bij de redactie.