Wat is de rol van afgevaardigden bij Badminton Nederland?

Ken je BC Drachten al?

De Bondsvergadering vormt het hoogste orgaan van de bond, waarin afgevaardigden deelnemen die de leden van Badminton Nederland vertegenwoordigen. Zij worden, via eens de drie jaar plaatsvindende verkiezingen in de zeven regio's, tijdens de Bonds- en Jaarvergaderingen vertegenwoordigd door deze in totaal 32 afgevaardigden. De afgevaardigden stellen het beleid vast en beoordelen de uitvoering hiervan. Het bondsbestuur is belast met de uitvoerig van dit beleid. Het bondsbureau verleent hieraan ondersteuning.

Het bondsbestuur heeft uitgesproken meer interactie en betrokkenheid van de leden te willen creëren, direct met de verenigingen of via de afgevaardigden. Daarnaast blijkt het vullen van de vacatures voor afgevaardigden de laatste jaren steeds moeizamer te gaan. Dit tezamen is reden om de rol van de afgevaardigden te evalueren en de mogelijkheden van andere besluitvormingsmodellen te bekijken.

Enquête onder afgevaardigden

In november 2012 is een vragenlijst onder alle 28 zittende afgevaardigden en één oudafgevaardigde verspreid. De vragenlijst is uiteindelijk door 21 afgevaardigden (volledig) ingevuld. Met behulp van deze enquête is in kaart gebracht welke perceptie de afgevaardigden zelf van hun functie binnen Badminton Nederland hebben. Tevens is hen gevraagd hoe zij denken dat er door anderen, zoals de verenigingen en regio’s, tegen de functie van afgevaardigde wordt aangekeken.

Samengevat zijn de afgevaardigden van mening dat de functiebeschrijving van afgevaardigde over het algemeen kloppend is: men voelt zich vertegenwoordiger van zijn of haar regio, is nauw betrokken bij het badminton en wil graag meedenken over beleidskeuzes. Echter, men geeft tevens aan dat de functie door de verenigingen niet altijd serieus wordt genomen. Verenigingen zouden in veel gevallen niet goed op de hoogte zijn van de rol van de afgevaardigden en de invloed die zij (zouden kunnen) hebben. Verschillende afgevaardigden erkennen hierin ook een oorzaak bij zichzelf. Zij hebben onvoldoende tot geen contact met verenigingen in hun regio, andere afgevaardigden binnen de regio, het bestuur van Badminton Nederland en/of de werkorganisatie van Badminton Nederland. Tevens ervaart een aantal afgevaardigden dat hun rol niet meer is dan het instemmen met reeds bepaalde beleidsrichtingen en –plannen. Een punt van kritiek dat gericht wordt op het bondsbestuur en bondsbureau.

Tot slot zijn dertien afgevaardigden tevreden over de huidige bestuurlijke organisatiestructuur; zes afgevaardigden zijn ontevreden. Suggesties voor alternatieve modellen van besluitvorming worden desondanks niet gegeven.

Voor het complete overzicht van resultaten van de enquête wordt verwezen naar het ‘Rapport onderzoek Afgevaardigden’ dat binnenkort wordt verspreid.

Tijdens de Bondsvergadering zullen bovenstaande uitkomsten worden besproken en zullen afspraken over het vervolg van dit traject worden gemaakt.